U mag buiten een vuur aansteken als de omstandigheden veilig zijn. Maar hoewel een kampvuur kan bijdragen aan de sfeer in de buitenlucht, baart het landeigenaren zorgen: elk jaar breekt er wel ergens een bosbrand uit waardoor een uitgestrekt waardevol bosgebied vernietigd raakt. Vaak ontstaan dergelijke branden door onzorgvuldigheid met kampvuren.
Het is belangrijk dat u een plek kiest voor uw kampvuur waar er geen risico is dat het zich verspreidt of schade aan de bodem en vegetatie veroorzaakt. Grind of zandgrond is het beste.
Mos, veenmoerassen en mosrijke bosgronden zijn minder geschikt. Niet alleen is de kans groter dat het vuur zich verspreidt, maar het kan ook onopgemerkt in de grond smeulen en later weer oplaaien.
Maak geen vuur op of naast een rots! De hitte zal de rots doen barsten en permanent beschadigen.
Je mag gevallen dennenappels, twijgen en takken verzamelen voor je vuur. Maar je mag geen bomen of struiken omhakken of twijgen, takken of schors van levende bomen verwijderen. Omgevallen bomen mogen niet als brandstof worden gebruikt.

Stookverbod
Provinciebesturen en gemeentelijke brandweer- en reddingsdiensten (brandweerkorpsen) kunnen vuurverboden uitvaardigen bij droog weer of op andere momenten dat er een hoog brandrisico is. Zolang er een stookverbod van kracht is, mag er geen vuur in de open lucht worden gestookt, ook niet in speciaal daarvoor gebouwde haarden.
Soms mag je tijdens een vuurverbod een houtskoolbarbecue of een klein kampvuurtje met open vuur gebruiken, mits je voorzichtig bent.
Gemeenten, provinciale besturen, de reddingsdienst van de gemeente, campings en VVV-kantoren kunnen u vaak informeren over het huidige brandrisiconiveau.
Speciale regels voor nationale parken en natuurgebieden
Nationale parken en natuurgebieden hebben speciale regels met betrekking tot het aansteken van vuur. Er kan een algeheel verbod worden opgelegd of alleen in speciaal gebouwde open haarden mag worden gestookt.
De regels zullen in het Engels worden opgehangen op mededelingenborden in de omgeving. U kunt uw vragen ook richten aan de plaatselijke gemeente of het provinciebestuur.